De villa van Mook-Plasmolen
Bij dit gebouw heeft Kees Peterse de vermoedelijke hoogte kunnen afleiden uit de opbouw van de plattegrond. Het resultaat is een villa met een voor Nederland uniek bouwvolume. De indrukwekkende dimensies van het geheel zijn tegenwoordig weer te zien op de oorspronkelijke plaats, in de vorm van een gedeeltelijke herbouw in buizen en schanskorven.
De villa stond op een kunstmatig aangelegd terras op de westflank van de Sint Jansberg bij Plasmolen (gemeente Mook en Middelaar). Het terras is rechthoekig van vorm en circa 30 x 100 m groot. Bij opgravingen in 1931 en 1999 zijn hier resten blootgelegd van een gebouw van 20,8 x 83,2 m. Daarmee is deze villa de grootste in Romeins Nederland. De villa is aan het begin van de tweede eeuw na Chr. gebouwd en rond het midden van de derde eeuw weer verlaten.
Schetsen voor de reconstructie van plattegrond, doorsnede en gevelaanzicht van de villa van Mook-Plasmolen. Tekeningen Kees Peterse.
Reconstructie
Na de opgraving van 1999 heeft de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek maatregelen genomen om de nog in de bodem aanwezige resten van de villa te beschermen tegen boomwortelgroei en schatgravers. In opdracht van de Rijksdienst heeft Kees Peterse een reconstructie gemaakt van de villa. De vereniging Natuurmonumenten, eigenaar van de Sint Jansberg, heeft zijn reconstructie vervolgens in 2006 gebruikt voor een visualisatie van het gebouw op het terrein zelf.
Midden achter de zuilengang (1) ligt een grote ontvangstruimte (3) met voorhal (2). De woonvertrekken liggen rechts daarvan in het zuidelijke deel van het gebouw (4-6, 26-41), met de badvertrekken (34-35) en ook de keuken (29). De gang aan de achterzijde van de villa (10 en 26) verbond de woonvertrekken met de noordelijke vleugel links van de ontvangstruimte. In dit deel van het gebouw bevonden zich aanvullende, minder representatieve verblijfsruimtes (7-9, 11-16) en ruimtes voor de bedrijfsvoering van het landgoed (17-25).
Resten van vloerverwarming zijn gevonden in de beide zijvleugels van de villa (17-25 en 33-41) en in de verbindingsgang daartussen (10, 26). De drie vertrekken naast de grote ontvangstruimte (4-6) vormen samen een karakteristiek element in de luxe Romeinse huisarchitectuur en waren waarschijnlijk de meest representatieve woonruimtes in de villa.
Gereconstrueerde plattegrond van de villa van Mook-Plasmolen. Tekening Kees Peterse.
In de reconstructie is de middenas van de villa aan voor- en achterzijde geaccentueerd met een driehoekig gevelveld boven de hoofdingang, die zelf eveneens van een fronton is voorzien. Ook de zadeldaken boven de zijvleugels eindigen in gevelvelden.
Het ritme van de drie gevelvelden in voor- en achtergevel weerspiegelt de maatvoering in de plattegrond. De hoofdruimtes in het midden (2-3) en de twee zijvleugels zijn elk 40 Romeinse voet van 29,71 cm breed. Bij een totale lengte van de villa van 280 voet bleef voor de twee gebouwdelen ertussen 2 x 80 voet over. Met een diepte van 70 voet heeft het grondvlak van de villa de verhouding 1 : 4. De maat van 40 voet kwam waarschijnlijk terug in de hoogte van het gebouw. Deze kan worden afgeleid uit de maatverhoudingen die de Romeinse architect Vitruvius aanbeveelt voor grondvlak en hoogte van belangrijke woonvertrekken in een Romeins huis.
Gereconstrueerde voorgevel van de villa van Mook-Plasmolen. Tekening Kees Peterse.
Maquette van de villa van Mook-Plasmolen (schaal 1:200), voorzijde. Collectie Museum Het Valkhof, Nijmegen.
Maquette van de villa van Mook-Plasmolen (schaal 1:200), achterzijde. Collectie Museum Het Valkhof, Nijmegen.
De vereniging Natuurmonumenten heeft de reconstructie van de villa door Kees Peterse gebruikt als uitgangspunt voor een visualisatie van het gebouw op het terrein zelf. Muurdelen, opgetrokken in schanskorven, geven op de plaats van de twee zijvleugels en de centrale ontvangstruimte een beeld van de omvang van de villa. Een stalen buisconstructie maakt de contouren van de middenpartij in de hoogte zichtbaar.
Links: het terrein van de villa van Mook-Plasmolen op Google Earth (2020).
Rechts: visualisatie van de contouren van de villa van Mook-Plasmolen. Foto Natuurmonumenten.
Verder lezen
K.Peterse & M. Kocken, 2000: Romeinse villa Sint Jansberg in nieuw perspectief, Archeologie in Limburg 86 december, 53-58.
A. Koster, K. Peterse & L. Swinkels 2002, Romeins Nijmegen boven het maaiveld. Reconstructies van verdwenen architectuur, Nijmegen, 41-47. [PDF]
K. Peterse, L. Swinkels & A. Koster 2005, Romeinse architectuur, in: W. Willems e.a. (eds.), Nijmegen. Geschiedenis van de oudste stad van Nederland, 1, Prehistorie en oudheid, Wormer, 258-270 (hier: 267-270).
K. Peterse, L. Swinkels & A. Koster 2009, Roman architecture, in: W.J.H. Willems & H. van Enckevort (eds.), Ulpia Noviomagus. The Batavian capital at the imperial frontier, Portsmouth, Rhode Island (Journal of Roman Archaeology, Supplementary Series 73), 172-178 (hier: 176-178).
Klik hier om terug te keren naar de reconstructie villa's.